We nemen de R702 naar Erfoud, het is een prima weg en zo
omzeilen we Rissani. Er lopen weer heel wat dromedarissen, je moet goed
opletten want ze steken zo de weg over. Het doet ons denken aan de rendieren in
Scandinavië waar we ook zo moesten opletten. In Erfoud ga ik even pinnen, het
zal waarschijnlijk de laatste keer zijn dat we Dirhams pinnen. Dan volgen we de
N13 die langs de rivier de Ziz loopt. Ook nu weer veel palmbomen langs de
rivier met daaronder de inmiddels bekende stukje grond met landbouw. We komen
bij de bron van Meski waar ook een vervallen ksar staat. We twijfelen even of
we hier zullen blijven, maar besluiten toch verder te rijden. Iets verder is de
stad Errachidia, het is een flinke stad met een enorme kazerne en zelfs een
vliegveld. Hier is ook een supermarkt waar we onze voorraad weer gaan
aanvullen. Er zijn niet veel grote supermarkten in Marokko met als gevolg dat
bij iedere supermarkt altijd heel veel campers staan en zo ook hier.
Het is nu nog maar een klein stukje tot we bij het
stuwmeer Barrage Hassan-Addakhil zijn. Er lopen wat onverharde wegen naar het
meer. Het eerste weggetje wat we inrijden is niet geschikt. Maar bij de tweede
vinden we wel een prima overnachtingsplek. Super mooi zo aan het water. De N13
ligt vlakbij maar we horen hem niet, het is enorm stil hier. Heerlijk om weer
even vrij te staan. Tijd om de stoelen buiten te zetten en te gaan genieten van
het lekker weer want ook vandaag is het boven de 25 graden.
Vrijdag 9 maart 2018 – Errachidia tot Col du Zad (N
33.074699 W 5.00467) – 200 km
Het is alweer 3 jaar geleden dat ons jongste kleinkind
Jalyna werd geboren, wat gaat die tijd hard! Eerst maar even bellen om te
feliciteren. Als we dan op weg willen, sluit de camperdeur niet. Dus wordt
alles uit elkaar gehaald, even kijken wat het probleem is, en dan werkt hij
gelukkig weer goed. Het is dus wel wat later als we vertrekken. Het eerste deel
gaat door de Gorges du Ziz (Ziz kloof), alweer zo’n prachtige route door ruige
bergen. Aad stopt nog even om (alweer) dadels te kopen. We rijden de Tunnel du
Legionnaire door, deze tunnel is in 1927 door het Vreemdelingenlegioen in het
kalksteen uitgehakt waardoor de route naar het zuiden ontstond. Het is maar een
kleine tunnel maar dus wel een belangrijke.
We rijden het stadje Rich in, een heerlijk typisch
Marokkaans stadje, totaal niet toeristisch. We zetten de camper neer en gaan op
onderzoek uit. Al snel vinden we de souk met allerlei kleine winkeltjes. Maar
dan beseffen we ons ineens dat het vrijdag is. De belangrijkste dag voor
Moslims en dus zijn de meeste winkeltjes gesloten. Het is erg prettig om op ons
gemak rond te kunnen lopen, we worden niet aangesproken door allerlei verkopers
van de winkeltjes die wel open zijn. Natuurlijk worden we wel bekeken. Als
Europeaan val je natuurlijk enorm op. Waarschijnlijk ook omdat wij met
teenslippers en blote armen lopen. De mensen hier zijn aangekleed alsof het
midden winter is. Oh ja dat is het natuurlijk ook voor hun. Nou voor ons is 25
graden toch echt zomer! We kopen weer een gegrilde kip om in de camper op te
eten. Dan gaan we weer verder, we rijden eerst over een hoogvlakte en gaan dan
de Tizi-n-Talrhemt pas op van 1907 meter hoogte. En alweer (sorry dat het
alweer hetzelfde verhaal is) door prachtige natuur. Ruig, droog maar met
prachtige kleuren en vormen. We rijden Midelt binnen, een stad op 1500 meter en
daarmee de hoogste stad van Marokko. Het is een mooie stad met overal stoepen
en mooie nieuwe huizen. Er worden ook aardig wat wijken bijgebouwd. Als we de
stad uit zijn zien we wat boomgaarden, amandelbomen, olijkbomen en kaki bomen.
We rijden door de stad Zeida en komen dan op weer een pas van de Col du Zad.
Hier wordt het wat groener ook weer mooi om te zien. Maar wat ons enorm opvalt,
zijn de vele honden die langs de kant van de weg lopen of liggen. We tellen er
wel 100. Wat doen al die honden hier? We hebben geen idee. Ze zien er allemaal
goed uit, niet mager of zo. Maar zoveel?
De Col du Zad is 2178 meter hoog en als we bovenop zijn, gaan
we een onverharde weg op en rijden we naar een bergmeer. Het is echt prachtig.
De zon schijnt maar het is inmiddels al half zes, er staat een enorm harde wind
en we zitten natuurlijk heel hoog, dus buiten zitten is er nu niet meer bij.
Maar het is een prachtig plekje om te overnachten. We hebben in Marokko altijd
wel een prachtige sterrenhemel maar nu lijkt het helemaal of we de sterren
kunnen pakken.
|
Een hagedis. |
|
Weer onderweg, dor, ruig, droog landschap. |
|
We rijden nog steeds langs de rivier de Ziz. |
|
De bergen hebben prachtige vormen. |
|
We rijden door de Gorges du Ziz, oftewel de Ziz kloof. |
|
Het blijft ons verassen die mooie natuur in Marokko. |
|
De tunnel du Legionnaire, in 1927 uitgehakt door het Vreemdelingenlegioen zodat er een route naar het zuiden ontstond. |
|
Toegangspoort van Rich. |
|
Aad maakt drie meisjes blij met een bellenblaas. |
|
Het plaatsje Rich, hier komen weinig toeristen en daardoor erg leuk om te bekijken. Wij zijn wel voor de bevolking een bezienswaardigheid met onze teenslippers en korte mouwen. Hier hebben ze nog jassen aan. |
|
De poort naar de souk in Rich. |
|
Jammer genoeg zijn veel winkeltjes dicht want het is vijdag, de belangrijkste dag voor de Moslims. |
|
De Tizi-n-Talrhemt pas van 1900 meter hoog. |
|
We zien hier mensen echt bedelen langs de weg, dat hebben we nog niet eerder gezien. |
|
Op deze pas zien we ook weer wat groen verschijnen. |
|
We zien wel 100 honden langs de kant van de weg zitten. Waarom hier? Wat doen die hier? Zoveel? |
|
Volgende pas, de Col du Zad. Het lijkt een beetje op Noorwegen met dat groen en water. |
|
Col du Zad. |
|
Col du Zad. |
|
Op deze hoogte, bij een bergmeer, blijven we overnachten. |
Zaterdag 10 maart 2018 – Col du Zad tot Cederbos (N
33.420502 W 5.17136) – 45 km
Twee maanden geleden, op 10 januari, kwamen we aan in
Marokko. Wat gaat die tijd toch enorm hard. Na de lange dag van gisteren, doen
we het vandaag rustig aan. We hebben de woestijn nu echt wel achter ons
gelaten. Dit is ook het gebied waar de afgelopen weken flink wat regen is
gevallen en daardoor zien we nu heuvels bedekt met gras. Het is, na zo’n lange tijd
woestijn, heel bijzonder om te zien. We komen al snel aan bij het cederbos
waarvan sommige bomen wel 60 meter hoog zijn. Maar de eigenlijke attractie zijn
de apen die hier leven. Het zijn Barbarijse makaken, dezelfde apen die ook op
de rots van Gibraltar leven. Daar moeten ze worden gevoerd anders zouden ze er
niet kunnen overleven. Hier leven ze vrij in het bos. Wij gaan op een
picknickplek staan die we op de app Park4Night hebben gevonden. We hebben
gelijk mazzel want er zit een hele apen familie in de boom. Het stamhoofd komt
gelijk een kijkje nemen. Hij vindt ook dat hij de stukjes appel die Aad aan ze
wil geven, alleen voor hem bedoeld zijn. Het is erg leuk om ze te bekijken, ze
slingeren van tak naar tak. Er zitten ook kleintjes bij. Als de apen weer
verder gaan, rijden wij nog een stuk het onverharde bospad af. Wat een enorme
dikke en hoge bomen! We zien ook af en toe nog wat apen. Dan zetten we de
camper weer op de picknickplaats wat een prima plek is om te overnachten. We
kunnen niet buiten zitten, we zitten nog erg hoog met 1500 meter, er is veel
bewolking en een koude wind. We lopen even terug naar het punt waar we de N13
zijn afgegaan. Hier staan wat kleine houten hokjes waar fossielen, mineralen en
spullen gemaakt van cederhout te koop worden aangeboden. Maar het leukste hier
zijn de prachtige paarden die allemaal een heel erg mooi versierd zadel hebben.
Ik wordt bijna direct op een paard geslingerd, maar nee, dat is aan mij niet
besteed, sorry. Er zijn ook heel wat schoolkinderen die hier een uitstapje
hebben en ook af en toe een ritje op een paard doen. Maar de meeste staan in
een grote kring waar ze allerlei liedjes zingen. Het klinkt allemaal heel
gezellig. Weer terug bij de camper besteden we de rest van de middag besteden om
uit te zoeken wat we nog willen gaan bekijken in Marokko.
Na meer dan een maand geen regen te hebben gehad, begint
het ’s avonds toch echt te regenen en dat blijft het de hele nacht doen.
|
We rijden weer weg van onze overnachtingsplek. |
|
We zien voor het eerst weer ooievaars! |
|
En sinds lange tijd weer groen! |
|
Dan komen we bij het cederbos waar Barbarijse makaken wonen. We hebben mazzel want er zit een hele familie bij de pickpickplaats. |
|
Aad geeft ze wat stukjes appel en het stamhoofd vindt dat die echt alleen voor hem zijn. De rest mag toekijken. |
|
Bij de parkeerplaats aan de N13 veel paarden met prachtige zadels waar je een ritje op kunt maken. |
|
Er zijn hier heel veel schoolkinderen die in een grote kring liedjes aan het zingen zijn. Maar sommige maken ook een ritje op een paard. |
|
Onze picknickplek is een stuk verder het bos in, enige wat we horen is de wind door de bomen. |
Zondag 11 maart 2018 – Cederbos tot stuwmeer Allal El
Fassi (N 33.93310 W 4.67626) – 110 km
Het is flink koud als we opstaan en het regent nog
steeds. Nog even genieten van de apen en dan gaan we op weg. Via Azrou gaan we
naar Ifrane. Onderweg komen we nog een aantal kranen tegen en kunnen we daarmee
onze water voorraad weer aanvullen. Bah wat is het koud, nog een harde koude
wind erbij en we staan te bibberen. Het is ook maar 0 graden. Ifrane is super
apart. Het hele stadje is in Europese stijl gebouwd, dus met rode puntdaken.
Het past echt totaal niet in Marokko. Maar goed, deze stad is in 1929 gesticht
en ligt op een hoogte van 1650 meter. Samen met het bos is het voor veel
Marokkanen een bezienswaardigheid en omdat het ook in de zomer hier heerlijk
koel is, is het een belangrijke toeristische trekpleister voor hun. Wij hebben
het idee dat we door een Duits dorp rijden, maar dan vol met de gebruikelijk
Marokkaanse tafrelen, zoals ezeltjes, alle vrouwen gesluierd, mannen in lange
gewaden. Het is heel bizar. In dit gebied is ook veel appelteelt en we zien
veel kraampjes langs de weg die appels verkopen. Het is sowieso vreemd om weer
zoveel groen te zien. Wij rijden naar de eeuwenoude stad Sefrou. De stad wordt
omgeven door okerkleurige stadmuren met kantelen en negen poorten. We kunnen de
camper gemakkelijk parkeren en lopen zo de Medina in. Omdat Sefrou totaal niet
toeristisch is (het nabij gelegen Fes trekt natuurlijk veel meer bezoekers)
kunnen wij rustig rondlopen en wordt er niet van alles aan ons geprobeerd te
verkopen. Zo genieten we weer volop van het lopen in een medina met alle kleine
winkeltjes en de drukte van de mensen. We zien weer van alles, kippen die
levend gewogen worden, dan wordt er betaald en gaan de vrouwen even zitten
wachten tot de kip geslacht en van zijn veren is ontdaan. We zien ook voor het
eerst geitenkoppen liggen, bah, daar loop ik ook maar snel voorbij. Er wordt
veel vis aangeboden, natuurlijk heel veel groente, kruiden, kleding. Maar er
zijn ook veel winkeltjes met zilveren of gouden sieraden. We twijfelen nog even
of we hier wat zullen eten, maar besluiten toch om brood te kopen wat we in de
camper opeten. Bij de parkeerplaats weer de gebruikelijk bewaker. Erg prettig
want zo laat je met een gerust gevoel je camper achter. We trekken verder naar
het stuwmeer Allal El Fassi, zo’n 24 km verder. Van veraf zien we het stuwmeer
al liggen. We hebben een plekje hier gevonden via de app Park4Night. Die plek
ligt hoog boven het meer, wij besluiten om bij de dam te gaan staan. Hier is
een groot parkeerterrein waar we goed kunnen staan. Ook hier is het weer super
stil.
|
We vinden kranen onderweg, kunnen we mooi onze watertank weer vullen. Het is erg koud met 0 graden en een harde koude wind. |
|
Ifrane een stad gesticht in 1929 is in Europese stijl met rode puntdaken. Wij vinden het totaal niet passen in Marokko. |
|
Maar voor de Marokkanen is dit een toeristische trekpleister, omdat de stad op 1650 meter hoogte ligt, is het 's zomers ook heerlijk koel hier. |
|
We rijden nu echt door groen landschap wat erg wennen is naar de ruige rotsen van de woestijn. Lands de weg veel kraampjes. |
|
Er wordt hier veel aan appelteelt gedaan en dus ook veel kraampjes met appels. |
|
Zo wennen voor ons, al dat groen. |
|
En tussen al dat groen, toch gewoon de typische Marokkaanse dorpjes. |
|
We bezoeken Sefrou, een eeuwenoude stad met okergele muren. |
|
Een typisch voorbeeld van de piepkleine winkeltjes die je in Marokko hebt. |
|
Een smid. |
|
Door Sefrou loopt een riviertje, hier zie je hoe armoedig en vervallen de huizen zijn. Ook dit is een typisch beeld voor Marokko. |
|
Even brood kopen, die vrouw die naast Aad staat, wil heel graag wat Dirhams van hem. |
|
Sefrou met het riviertje. |
|
Het is zo'n aparte wereld Marokko, omdat Sefrou totaal niet toeristisch is, kunnen we op ons gemak rondlopen. We worden wel bekeken als enige Europeanen dat dan weer wel. |
|
In de Medina van Sefrou. |
|
Dit zijn allemaal schoenmakers. |
|
Ook hier zijn de ooievaars al bezig met hun nest, bovenop de moskee. |
|
Veel winkeltjes met zilveren en gouden sieraden. |
|
We gaan weer verder, in de verte flinke donkere luchten. |
|
Een boomgaard met prachtige bloemetjes. |
|
Het stuwmeer Allal El Fass waar we gaan overnachten. |
|
Dus ook vandaag staan we op een vrije plek. |
Maandag 12 maart 2018 – stuwmeer Allal El Fassi via Fes
naar stuwmeer Sidi Chadid (N 34.065399 W 5.32236) – 90 km
Het is 50 km naar Fes en die rijden we met een uurtje. We
parkeren de camper bij de Place de Bab Bouljoud (N 34.061039 W 4.985601).
Vroeger mocht je hier ook in je camper blijven overnachten, maar na een inbraak
is dit nu door de politie verboden. Maar het is een ideale plek om Fes te
bezoeken, voor 20 Dirham (€ 2,=) sta je vlakbij de oude stad en wordt je camper
bewaakt. We lopen door de prachtige poort Bab Bouljoud en dan komen we gelijk
in de wir war van straatjes. Hier kunnen geen auto’s rijden en alles wordt
vervoerd met handkarren of ezels. Gelukkig zijn er borden die je de weg wijzen
en zo is het toch gemakkelijk om onze weg te vinden in de smalle kronkelige
straatjes. Er lopen heel wat toeristen rond, dus vandaag worden we niet
bekeken. We komen al snel bij de Medersa Bou Inania, die ook door niet moslims bezocht
mag worden en dat doen we dan ook. Het heeft gediend als moskee, internaat en
als school. Het ziet er mooi uit, echt weer typisch Arabisch. Dan gaan we weer
verder door de smalle straatjes. We kunnen rustig lopen, worden wel af en toe
gevraagd om in een winkeltje te kijken maar als we niet reageren is het ook
prima. Het blijft een heel bijzondere ervaring om door alle smalle straatjes te
lopen. Als we bij een plein weer in de zon komen, drinken we eerst maar eens
een glas jus d’orange. Dat smaakt heerlijk! Ik was van plan om vanuit Marokko
twee wasbakjes mee te nemen voor onze badkamer. Eerst hoopte ik dat Aad een
wasbakje van fossielen mooi zou vinden, maar nee dat vond hij helemaal niets.
Hier zien we ze van koper maar ook dat vindt hij niet mooi. Maar wasbakken van porselein
die met de hand zijn geschilderd in prachtige motieven, vindt hij wel mooi. Dus
wij in een winkeltje kijken. Het valt nog niet mee om twee gelijke maten te
vinden. Dan moeten we mee naar de winkel van zijn neef. Die heeft inderdaad
veel meer en daar vinden we twee prachtige wasbakken. Even onderhandelen over
de prijs en dan hebben wij twee erg aparte wasbakken. Hoog tijd om wat te eten
en dat gaan we doen bij een piepklein zaakje waar ze pastilla’s serveren. Die
heb ik 1 x eerder gegeten en ik vind het heel leuk dat we ze hier ook kunnen
eten. Natuurlijk duurt het wel een tijdje voordat ze klaar zijn. Het is een
soort pastei van filo deeg, gevuld met kip en groente en heerlijk gekruid. Over
de pastei wordt dan een laag poedersuiker met kaneel gedaan. Een aparte
combinatie, hartig met zoet maar ik vind het heel erg lekker. Dan lopen we
terug naar de camper want de twee wasbakken wegen aardig wat. De zon schijnt
volop en Balou is in de camper gebleven maar met alle gordijnen dicht is het
niet warm in de camper. We lopen toch nog een keertje terug want Aad wil nog
wat dadels kopen. De beroemde leerlooierij gaan we niet bezoeken omdat we al zo’n
looierij in Taroudant hebben bezocht. We
drinken nog een glas jus d’orange en dan is het toch echt tijd (het is
inmiddels 4 uur) om uit Fes te vertrekken. Als we langs de Marjane (de grote
supermarkt in Marokko) rijden, stoppen we toch nog even om grote emmers Griekse
yoghurt te kopen. Gelijk maar weer even tanken en op weg. We hebben weer een
plekje gevonden via de app Park4Night, 40 km verder aan weer een stuwmeer Sidi
Chadid. Er zijn heel wat visrestaurantjes en er staan heel wat auto’s. Maar er
is plaats genoeg voor ons om een rustig plekje te vinden. Het is inmiddels half
zeven en we zijn beide best moe van deze dag. Maar wat was Fes een super gave
stad om te bezoeken. Weer totaal anders dan Meknes of Marrakesh. We hebben er
enorm van genoten.
|
De stad Fes, ongelofelijk hoeveel schotels er op de huizen staan! |
|
Om de oude stad van Fes staat een okergele muur. |
|
Fes. |
|
Fes. |
|
Fes. |
|
Begraafplaats in Fes. |
|
Hier zijn schapen geschoren. |
|
Een stukje van de begraafplaats. |
|
De Bab Bouljoud poort waarmee je de oude in loopt. |
|
De Medersa Bou Inania, dit gebouw is een moskee, internaat en school geweest. |
|
Medersa Bou Inania. |
|
Ook hier weer prachtig stucwerk. |
|
We komen ook in het koperstraatje. |
|
Hier hoor je veel herrie van alle koper bewerkers die met hun hamers het koper bewerken. |
|
Poort aan de andere kant van Fes. |
|
Prima plekje voor deze poes. |
|
Deze man zit een stuk stof te weven. |
|
Heel veel kleermakers zitten prachtige jurken te naaien. |
|
Oude deuren worden behandeld tot deze prachtige deuren. |
|
Door de smalel straatjes kunnen geen auto's rijden en alles wordt vervoerd met handkarren en ezels. |
|
Even wat eten in een piepklein restaurantje. |
|
We bestellen pastilla, een Marokaanse specialiteit. Het is een soort pastei gevuld met groente en kip, met daarover een laag poedersuiker en kaneel. |
|
Ook een lekker glas jus d'orange drinken. |
|
Prachtige rotsen bij ons overnachtingsplekje aan het stuwmeer Sidi Chadid. |
|
Ons overnachtingsplekje bij het stuwmeer Sidi Chadid. |
Dinsdag 13 maart 2018 – stuwmeer Sidi Chadid tot Oued
Laou (N 35.4492 W 5.09062) – 250 km
Op onze overnachtingsplekje waren gisterenavond best wat
honden en honden, ja die blaffen natuurlijk. Gelukkig reageerde Balou er totaal
niet op. En toen wij naar bed gingen waren alle honden stil en dus hebben we
lekker rustig geslapen hier. Het is echt een erg mooie plek. Als we zitten te
ontbijten zien we allerlei prachtige vogels. Om tien uur is het tijd om op weg
te gaan, op naar Chefchaouen. Ondanks dat we op een provinciale weg rijden, is
de weg bar slecht. Rustig rijden dus. Het gebied waar we nu doorheen rijden
bestaat uit allemaal landbouwgrond. Overal zien we mensen aan het werk op hun
stukje land. We zien ook mensen lopen met 1 of 2 koeien, blijkbaar een heel
bezit. Natuurlijk zien we ook heel veel (kleine) kuddes met schapen, er is hier
genoeg te eten voor ze. Het is 200 km rijden naar Chefchaouen en we doen er
best lang over door de slechte weg. Als we ergens stoppen om te eten, is daar
ook een waterkraan. Mooi, kunnen we onze watertank weer volgooien. Aad stopt
ook nog ergens om onze Marokkaanse gasfles in te ruilen. De laatste dagen doen
we het wel met onze LPG gasfles. Dan komen we bij Chefchaouen, een stad waar
bijna alle huizen blauw zijn geverfd. Het moet ook een erg leuke stad zijn om
te bezoeken, maar wij hebben even geen zin meer in een stad en dus blijft het
bij een blik op de stad van een afstand. Wellicht bij een volgend bezoek maar
eens bekijken. Wij gaan verder richting zee. De natuur wordt hier weer wat
ruiger en we rijden door een prachtige kloof. Als we bijna bij de kust zijn,
zien we dat de mannen en vrouwen een rieten hoed op hebben. Hoort dat bij deze
streek? Dan komen we in het stadje Oued Laou en daar kunnen we op de boulevard
onze camper neerzetten. We kijken zo uit op zee, de Middellandse zee deze keer.
De bewaker vraagt eerst 100 Dirham (€ 10,=) voor 2 nachten maar wij vinden
60 Dirham (€
6,=) genoeg en daar gaat hij mee akkoord. Mooi, genoeg gereden voorlopig, het
is inmiddels half vijf, hoog tijd om wat te drinken. We kiezen voor rum/cola.
|
Het meer bij ons overnachtingsplekje. |
|
Op het meer wordt ook gevist. |
|
Mooi hier. |
|
Wij hebben hier lekker rustig overnacht. Je ziet dat in alle struiken wel rotzooi is verzameld. Dat zie je heel veel in Marokko. |
|
En overal deze fel oranje bloemetjes. |
|
Mooi vogeltje op onze overnachtingsplek. |
|
Weer onderweg komen we dit meer tegen. |
|
En kraampjes met deze aparte pompoenen. |
|
We rijden door een gebied met heel veel landbouw, deze man is een verdelger aan het spuiten. |
|
Blijft voor ons toch bijzonder hoor om paard en wagen te zien, hier is het heel normaal. |
|
Ik zit lekker op mijn ezeltje! |
|
Volgens ons doen de vrouwen al het werk hier. |
|
Een flinke lading op deze kar, getrokken door een ezeltje. |
|
Overal bloemen. |
|
Een watertappunt, kunnen we onze watertank weer vullen. |
|
Deze man heeft 1 koe en een ezel. De koe en ezel wandelen braaf mee aan het touw. |
|
Het landschap wordt wat ruiger, hier zien we huizen met daken van golfplaten. |
|
Vrouwen aan het werk op het land. |
|
De school gaat uit. |
|
De blauwe stad Chefchaouen. |
|
Bizar gezicht, Chefchaouen. |
|
Niet alle huizen zijn blauw geverfd, maar de meeste wel. |
|
En natuurlijk weer een vrouw die als een soort pakezel dient. |
|
De route van Chefchaouen naar Oued Laou gaat door een prachtig berglandschap. |
|
Ook nu rijden we weer door een kloof. |
|
Vlakbij de kust, zien we ineens deze hoeden. |
|
Zowel mannen als vrouwen hebben dezelfde hoed op, de vrouwen hebben allemaal zo'n rood/wit kleed om. |
|
Plekje aan de boulevard in Oued Laou met uitzicht op de Middellandse zee. |
Woensdag 14 maart 2018 – Oued Laou (N 35.4492 W 5.09062)
Het is feest vandaag want Aad is jarig, 66 jaar alweer! Vanmorgen
om 6 uur Nederlandse tijd (5 uur Marokkaanse tijd dus) klonk ineens loei hard
de oproep van de moskee. Lekker vroeg wakker. Ik heb nog wel geslapen, maar Aad
niet veel meer. Arme jongen en dat op zijn verjaardag.
Ik maak een beetje een speciaal ontbijtje voor hem. Het
is niet heel bijzonder omdat in Marokko gewoon niet alles te krijgen is wat wij
gewend zijn. Maar ach met brood ipv crackers, een gekookt eitje, kaas, worst en
jam geniet hij er toch van.
Er is in dit stadje niet heel veel te beleven. Van een
oud vissersdorpje is niet veel meer over, er staan alleen maar nieuwbouwhuizen.
Maar er liggen nog wel de oude houten vissersbootjes die met de hand van en
naar de zee worden geduwd. We lopen de hele boulevard af die zeker 3 km lang is
met daarnaast het strand. Het zand heeft hier een grijze kleur, ziet er niet
echt geweldig uit. Wel zien we tot onze verbazing meisjes voetballen. We zien
hier ook af en toe meisjes zonder hoofddoek. Als we teruglopen, drinken we een
glas verse jus d’orange en besluiten om straks hier te gaan eten. Aad kiest
voor een pizza en ik hou het bij kip aan een stokje met patat. Aad krijgt veel felicitaties, wordt
toegezongen met videobellen. Heerlijk hoor die moderne techniek! Is iedereen er
toch een beetje bij.
En alweer een week voorbij. Die vogel is een hop. Je verjaar vieren in Marokko dat kunnen niet veel mensen zeggen.
BeantwoordenVerwijderenJa broertje tijd staat niet stil
BeantwoordenVerwijderenJullie maken zoveel leuke en mooie dingen mee
Ik volg jullie als ik sochtens
wakker word,om 8u stap ik mijn bed uit en vertel arie onder het ontbijt wat jullie hebben mee gemaakt
Dig zijn leuke herrinneringen .